Simone heeft
gisterenavond uitgebreid gebeld vanuit Portsmouth op Dominica. Ze zat te chillen in een strandtentje aan zee!
Dit is wat ze zoal vertelde:
‘De reis ging
hartstikke goed. Ik ben eigenlijk niet zeeziek geweest. Het ging
sneller dan de tocht van IJmuiden naar Tenerife!’
Scheepsovername
‘De laatste
driehonderd zeemijl voor aankomst in Dominica was de scheepsovername.
We leefden er al een hele tijd naartoe; we zaten af te tellen wanneer
het zou beginnen. ’s Avonds gingen er rare alarmbellen rinkelen. We
dachten, “wat is er nu aan de hand!?” Dat bleek het begin van de
scheepsovername.
Ik had voor
banketbakker gesoliciteerd. Dat had ik zelf bedacht. Ik wilde
absoluut geen wacht lopen, veel te vermoeiend. Ik dacht: als
banketbakker mag ik allemaal taarten en ongezonde dingen maken!
Ik heb iedere dag
het vieruurtje en het toetje verzorgd. Het was heel leuk om te doen,
maar ook heel vermoeiend om voor 45 man te bakken. Je bent heel lang
bezig met koken en er valt enorm veel schoon te maken. Als je iets
verprutst, zit je flink te balen want opnieuw beginnen is eigenlijk
geen optie. De hele tijd stressen dus of alles wel goed gaat!
Nog die eerste avond
wilde ik meteen al iets lekkers maken. Ik wilde koekjes bakken, maar
de eieren waren op. Ik baalde, want hoe kun je nu bakken zonder
eieren? Gelukkig bleken er toch nog ergens 45 te zijn. Vervolgens
bleek de boter zo goed als op! Dat was wel balen. Ik kon alleen nog
dingen met eieren en melk maken. Ik had plannen gehad om allerlei
lekkere dingen te bakken, maar er waren teveel ingrediënten die
ontbraken. Alles moest anders! Die koekjes maakte ik met melk en
eieren in plaats van boter. Het zijn een soort rare broodkoekjes
geworden.
De volgende dag heb
ik als vieruurtje pannenkoekentaart met chocopasta gemaakt. Als
toetje ‘s avonds maakte ik bonbons met sinaasappelschilletjes
en geconfijte kersen uit blik, waar ik chocola overheen heb gegoten.
Helaas was het zo warm dat de chocola niet hard wilde worden. Het
bleef een plakboel. Maar dat maakte niemand iets uit, want het
aflikken van die bakplaten was een van de lekkerste dingen!
Gisteren heb ik als
vieruurtje puddingbroodjes gemaakt. Naar het poeder voor de
banketbakkersroom heb ik tweeënhalf uur lopen zoeken. Toen ik het
nergens kon vinden zijn Sam, Jelle, Alexander, Wouter en nog meer
mensen me gaan helpen zoeken. Uiteindelijk vond ik de zak in Jeroens
kantoortje in de bank waarop we zitten als we toetsen moeten maken,
onder een stapel kadootjes.
Sam heeft me daarna
geholpen de pudding te maken. We hadden uiteindelijk veel te veel,
omdat Sam meer en meer wilde maken; uiteindelijk waren het twee
pannen vol banketbakkersroom. Toen we ’s avonds na aankomst het
feestje hadden, hebben we de tweede pan buitengezet met lepels erin: iedereen mocht eten wat hij wilde. Nu
is hij al bijna leeg, dus dat werkte ook prima als toetje.
Eigenlijk had ik
gisterenavond crème brûlee willen maken, maar als we onder zeil
varen staat de oven schuin. Dan zou de crème scheef in de bakplaat
hebben gehangen en was hij ongelijkmatig gegaard. Ik besloot het idee
te bewaren tot we voor anker zouden liggen. Misschien ga ik het
morgen nog maken.’
Tijdens het skype-gesprek zagen we hoe de zon in de Caribische zee zakte...!
Meekijken met de
scheepsartsen
‘Tijdens de
oversteek was er een arts aan boord, Erik. Twee mensen hadden tijdens
de scheepsovername voor scheepsarts gesoliciteerd. Erik heeft hun een
aantal dingen geleerd en bij sommige heb ik meegedaan. Zo heb ik
leren hechten! We kregen een spons, en naald en draad om hem te
hechten. Erik vond de hechting die ik had gemaakt wel van
‘professioneel niveau,’ dus als er nog eens iemand gehecht moet
worden... Ik denk alleen niet dat ik het ook op een echt mens zou
kunnen, met bloed enzo, dat moet ik nog maar eens even zien...
We hebben ook leren
reanimeren. We hadden een oefening aan dek. Op verschillende plekken
zaten docenten; een was het slachtoffer en anderen waren omstanders
die vertelden wat er was gebeurd. We oefenden de stabiele zijligging
en vervolgens hadden ze een hartstilstand en moesten we reanimeren,
wat we oefenden op een pop.’
Vissen
En dan volgt hier
nog Simones zeer grafische beschrijving van de visvangsten tijdens de
oversteek, niet voor de weekhartigen onder ons:
‘We hebben iets
van vier of vijf vissen gevangen, telkens dezelfde soort. De grootste
was 1.30m, echt immens!
Als er een vis gebeten heeft, wordt er
geschreeuwd: “vis!” en komt iedereen naar het achterdek gerend.
Iemand haalt het mes uit de stuurhut om de vis dood te maken. Sam
haalt de lijn in en trekt de vis aan boord. Hij gaat er eerst op
stampen en dan steekt hij het mes door zijn nek. Dan loopt er een
bloedsppoor over het dek naar het middendek. Dat gedeelte hoef ik
niet te zien.
Het aan boord halen
van de vis vind ik leuk, maar dat erop stampen en zo... uch! Het
bloed spuit alle kanten op, dus iedereen die eromheen staat zit
onder. Blèèèh! Sommigen, vooral de jongens, willen wél kijken, of
ze willen zelf een keer een vis doodmaken. Trouwens, ik weet wel hoe
het moet: je steekt het mes zo net achter zijn kop en dan moet je
draaien.... echt... héérlijk...uh!
En dan ligt er een
grote bloedplek op het dek; met bezems en emmers water moet het
bloed van het dek worden geschrobd. Lekker!
Maar ik heb wel
gekeken hoe Jelle de vissen fileerde. Daar kon ik best wel tegen,
alleen toen hij de kieuwen eruit haalde vond ik dat toch iets te
vies. Verder vond ik het eigenlijk wel interessant om te zien.
Ja hoor, ik heb ook van de
vissen meegegeten. Bij die grootste vis kreeg je wel een flink stuk,
maar bij die kleinere vissen, als je er
met 45 man van eet, krijg je maar een ministukje. Het is trouwens wel echt lekkere vis. Ze smaken
alsof er al citroen op zit!
Dan is de batterij
van Simones mobiel leeg.
‘Vanavond zijn we
nog uitgenodigd op een soort van reggaefeestje,’ vertelt ze als
laatste.
En die nacht... slaapt
iedereen in zijn hangmat in de buitenlucht!
Met dank aan de verschillende anonieme fotografen.